Van Mevr D. Wijdenes, De Splitting 15 kregen we onderstaande mail. De afgelopen twee zondagen ging het o.a. over rust. Afgelopen jaar was ik op uitnodiging van een voormalig dorpsgenoot, die o.a. retraites en stiltewandelingen organiseert, in een klooster in NH.
Haar website heet: Leven-vanuit-rust.
Toen ze een boek met diezelfde titel tegenkwam, heeft ze de schrijver Tomas Sjödin uitgenodigd op een door haar georganiseerde ‘leven vanuit rust-dag’.
Hij was in Nederland vanwege zijn boek en heeft gehoor gegeven aan haar vraag. Met een tolk heeft hij een mooie lezing gegeven.
Tomas Sjödin is theoloog, schrijver, pastor, columnist en spreker. Hij geniet ervan om veel te doen te hebben. Toch ontdekte hij dat er minstens zo veel gebeurt als hij niets doet. “Werken is goed, maar rusten is gezegend.” Over die rust schreef Tomas het boek ‘Leven vanuit rust’.
Door gebeurtenissen in zijn leven nam hij de tijd om te rusten en om te bestuderen hoe joden denken over de sabbat.
Hij zegt daarover: “Rusten is niet níets doen. Het is vooral iets anders doen, dingen doen waar je van geniet. Tijd nemen voor elkaar, voor God.”
Leven vanuit rust is een ‘eerbetoon aan de sofa’, aan de tempowisselingen van het leven en aan de rust die met vrienden, maaltijden en feest gevuld kan worden. Sjödin vindt dat het tijd wordt om ons oudste en meest beproefde weekritme af te stoffen zodat we de rustdag herontdekken: ‘Rust komt niet achteraan, als we uitgeput en tot niets meer in staat zijn. Ze is het begin van alles!’
Het boek is niet dik en niet ingewikkeld om te lezen. Het zet aan tot nadenken. Het past ook in deze tijd, waarin veel dingen stil zijn komen te staan vanwege Covid-19. Een tijd die ook weer nieuwe ontwikkelingen in gang heeft gezet. Die ons bepaald heeft wat er werkelijk toe doet. Onderstaande trof ik aan op een flyer in het klooster en wil ik u meegeven:
“Hier zit ik naast jou” zei God tot een ijverige aanhanger,
“en je hebt veel hoofdbrekens over Mij,
je tong doet veel pogingen om over Mij te spreken
en je leest boeken om over Mij iets te weten te komen.
Wanneer word je eindelijk eens stil en neem je Mij waar?”